Eigenlijk al sinds ik nog maar klein was, wist ik dat ik mijn achternaam wilde houden als ik later zou gaan trouwen. Ik heb het altijd een hele speciale naam gevonden en juist omdat hij niet veel voorkomt, ben ik er blij mee. Eerlijk is eerlijk; ik heb heel wat moeten spellen in mijn leven en dan nog wordt hij vaak verkeerd geschreven maar ach dat had ook iets magisch! 

Wat ik ook heel gaaf vind: vaak denken mensen dat de naam een Franse herkomst heeft — Perfors — dat kun je zo lekker lang maken en deftig uitspreken. Na grondig stamboomonderzoek door de familie, bleken we uit de klei gewassen Drentse boeren. Dus heel erg chique kan ik de naam ook weer niet noemen. Maar goed, het gaat om het gevoel en de beleving.  : )

Mariabiscuits en babythee

Vroeger kwam ik als klein meisje altijd graag bij mijn opa en oma. We moesten hiervoor een flink stuk rijden, vanuit Friesland leek alles zowat een wereldreis, maar de beloning was dan altijd groots. Opa en oma hadden een prachtig vrijstaand huis op een groot stuk grond, een enorm gevoel van vrijheid gaf dat. Ik voelde me daar een soort van Heidi op Gelderse veengrond. Het was altijd feest als we daar kwamen, tenminste zo herinner ik het mij. Mijn oma — grote oma noemde ik haar omdat ze in mijn beleving niet zo gekrompen was als alle andere oma’s : ) — zorgde altijd dat we niets te kort kwamen. Als de melkboer langskwam legde ze een enorme voorraad marsrepen, snickers en rolo’s aan. Voor ons was het iedere keer weer een verrassing als we het stenen trappetje in de kelder afdaalden. Wat had oma daar nu weer allemaal voor ons uitgestald? Gewapend met een hongerig buikje na een lange autorit gingen we op zoek naar het lichtknopje bovenaan de trap om vervolgens de snoepwinkel binnen te treden. Nu ik het zo opschrijf, waan ik mij weer terug in de tijd, die goeie ouwe tijd waarin mijn opa en oma voor mij betekenden wat hopelijk mijn ouders nu voor onze kinderen betekenen. Mijn oma was echt een kei in verwennen maar niet alleen daarom was ze zo’n speciale oma. Néé mijn oma leerde mij ook hoe lekker Mariabiscuitjes in een bad van thee met melk is. Lang na haar overlijden dronk ik mijn thee nog zo, wat vaak door anderen met verbaasde blik werd waargenomen. ‘Drink jij babythee?’ En als ik er dan ook nog met veel enthousiasme biscuits indoopte totdat ze van soppigheid uit elkaar vielen in mijn glas, vielen ze nog net niet van hun stoel van verbazing.

18261052_1514170225283227_1751969385_o

Het huis van mijn opa en oma nodigde uit tot één groot avontuur. Aangezien ze daar maar met zijn tweeën woonden, waren er een aantal ruimtes die niet gebruikt werden dus genoeg te ontdekken en we konden kiezen waar we wilden slapen. Ja bij opa en oma was het goed, warm en gezellig. Ik herinner mij hoe fijn ik daar altijd in die grote tuin aan het spelen was en genoot van alle paarden die bij de boeren in de buurt stonden. Die goeie ouwe tijd, die tijd waarin we ieder keer bij het afscheid van oma een chocolademunten zakje in ons handen gedrukt kregen, vol met echte munten die ze voor ons gespaard had. Stiekem zonder dat opa het wist want die vond dat het ons aan niets ontbrak als we daar waren. Dat was ook zo maar dit maakte vooral oma nog mooier dan ze al was!

De ronde eettafel

Die naam waar ik het eerder over had, hoort voor mij onder andere bij deze tijd. De plek, de mensen aan wie ik warme gevoelens heb overgehouden. Zij waren voor mij dat stukje jeugd wat in zeker zin romantisch was met al haar ontdekkingen in die wereld ergens ver weg over de grenzen van Friesland. Zij waren het die maakten dat ik ook over een fijne opa en oma kon praten. Een opa en oma die je vertelden over de oorlog, de onderduikers die ze een plek hadden geboden en zo een stukje geschiedenis bijbrachten. Een opa en oma waar we ieder bezoek met zijn allen gezellig aan die ronde tafel aten, met bijna altijd vooraf een ‘oma’ soepje uit blik!

Los van deze speciale herinneringen ben ik ook trots dat ik een dochter ben van mijn ouders en draag ik graag de — niet alledaagse — naam die ik via hen kreeg.

Een trotse papa en een trotse mama

Toen ik zwanger was van Bloem en we het hadden over de keuze voor haar achternaam, had ik maar één wens: ik wil graag dat ze ook mijn achternaam heeft. Voordat Bloem geboren werd, hadden we wel eens kort besproken dat het het mooiste zou zijn als ze onze beide namen zou kunnen krijgen. Want — mochten we ooit trouwen — dan is het plan dat wij ook elkaars namen krijgen. Dus zo zouden we één geheel vormen als gezin. Zo gezegd zo gedaan … tenminste, dat dachten wij! Toen ik net bevallen was — drie weken te vroeg — stond Ben bij het loket om als trotse vader zijn dochter aan te geven. Wat bleek; in Nederland kan een kind maar één achternaam krijgen en die naam die het eerste kind krijgt, krijgen alle eventuele latere kinderen ook. Beide achternamen is niet mogelijk. Onwijs jammer want dat was ons ideaal plaatje geweest! Het is in Nederland nog niet zo gewoon om de kinderen dezelfde achternaam te geven als de moeder. Ik merk dan ook dat ik vaak moet uitleggen waarom ze mijn naam hebben, of ik alleenstaande moeder ben en of de kinderen wel erkend zijn door hun vader. Nee en een hele dikke ja! Trotse papa hier en een trotse mama die los van dat ze zich gezegend voelt met haar mooie kinderen, ook trots is op haar afkomst. Hoe mooi is het dat de kinderen — die nu dezelfde herinneringen maken als ik deed — later met dezelfde trots deze naam zullen dragen. En wie weet hun papa ook ooit. ; )