Afgelopen week werd ik getriggerd door een oproep van de Telegraaf. Het betrof een verzoek of mensen met een VMBO-(Mavo of Mulo achtergrond) hun (succes-)verhaal wilden delen aangezien het VMBO niet in trek is. 

Negatief te boek staat, maar er juist een tekort dreigt te ontstaan aan praktische mensen op de arbeidsmarkt. Er worden steeds meer leerlingen ingeschreven op de havo en minder op het vmbo. De negatieve en neerbuigende ondertoon rondom VMBO-leerlingen raakt mij en dat heeft alles te maken met mijn persoonlijke ontwikkeling. En vooral met een gesprek dat ik meerdere malen heb gevoerd met kinderen van groep 8 de afgelopen jaren. Ik licht het graag toe:

Het mavo-meisje!

Dagelijks werk ik op een basisschool en met de komst van het nieuwe kalenderjaar neemt ook de schoolkeuzestress en Cito-spanning toe. Keuzes maken is voor sommige leerlingen heel moeilijk. Dan vooral voor de kinderen zelf en voor hun ouders maar meestal niet voor de leerkracht! De leerkracht heeft door dagelijkse observatie en het directe contact met de kinderen en collega’s en het leerlingvolgsysteem waarin gedurende de hele basisschoolperiode leerresultaten worden bijgehouden een helder compleet beeld van alle leerlingen.

Waarom is een score zo belangrijk geworden

Waar tot enkele jaren geleden de score op de Cito-eindtoets bepalend was voor de vervolgkeuze en kinderen en basisscholen keihard werden afgestraft of hun keuze en advies, is daar gelukkig een stokje voor gestoken. Het schooladvies is leidend en de kinderen worden al voordat zij de eindtoets maken ingeschreven op een VO-school naar keuze (door kinderen en ouders gekozen n.a.v. het advies van de school). Fijn voor de leerlingen want dat neemt veel druk weg voor de kinderen.

Een kind kan niet teruggeplaatst worden op een lager niveau, er kan enkel gesproken worden over het plaatsen van leerlingen op een hoger niveau. En dus zijn er ouders die ervoor kiezen hun kind aan te melden voor dure bijlessen. Of ouders die via Marktplaats Cito-toetsen en oefenboeken aanschaffen om hun kind hoger te doen scoren. Maar waarom is dat zo belangrijk geworden? Men lijkt zich te schamen wanneer het kind naar het vmbo gaat, of een praktijkopleiding gaat doen, is het te min?

Ontspannen blije pubers

Even terug in de tijd … Toen ik van de basisschool ging was het niveau nog niet zo’n heikelpunt, althans voor zover ik mij herinner. Ik ging naar de MAVO en dat werd gewoon de school waar mijn broer ook al zat. Een niet zo’n grote school waar je uitsluitend mavo kon doen. Met een groepje fietsten we dagelijks vanuit het dorp naar de middelbare school. Anderen gingen naar een andere school, maar de keuze was beperkt en scores maakten onderling niet zoveel uit. We wisten gewoon wie er makkelijker leerden en welke kinderen minder goed konden leren en daar bleef het bij. We waren ontspannen en blije pubers.

Praktijkervaring versus havisten

Ik had een geweldige tijd op de middelbare school en met up’s en down’s doorliep ik die periode. Aansluitend koos ik voor mbo (MDGO) en vervolgens voor de PABO. Op de Pabo kwam ik in de klas bij meisjes van 17 terwijl ik 19 was en de nodige stage-ervaring had opgedaan. Daar had ik direct profijt van. Ik was een doener en had op mijn eerste stagedag bij een kleutergroep een mapje en voorleesboekje in mijn tas gestopt voor het geval dat … Daarin zag ik het verschil tussen mijzelf met praktijkervaring en de havisten. Maar ook in de opname van leerstof. De praktische vakken gingen mij goed en makkelijk af, theoretische vakken kostten mij wat meer inspanning maar het lukte prima. Bij de havisten was dit veelal andersom. En ook hier was het geen discussiepunt, dat was gewoon zo.

Aangeslagen door neerbuigende manier

Ik ging parttime aan het werk op een basisschool en vulde de rest van de week met invalwerk. Ook had ik diverse bijbaantjes in de avonduren en in het weekend. Al snel kreeg ik een vaste baan in een eigen kleutergroep waardoor ik het weekendwerk eraan moest geven. En binnen mijn werk groeide ik door tot bouwcoördinator en adjunct-directeur. Er werd een kweekvijver gestart binnen mijn bestuur van waaruit ik de schoolleidersopleiding mocht gaan volgen. Ik startte vol enthousiasme.

Tijdens een van de eerste gesprekken met mijn begeleider werd mij echter keihard te kennen gegeven dat ik als ‘mavo-meisje’ meer tijd nodig zou hebben en het wellicht te moeilijk zou krijgen qua niveau. Ik was aangeslagen, omdat ik trots was op wat ik al bereikt had maar vooral door de neerbuigende manier waarop er over mij als ‘mavo-meisje’ gesproken werd. Uiteraard zette ik door, ik had immers de voorgaande jaren ook alles gehaald op doorzettingsvermogen en met een duidelijk doel voor ogen. En natuurlijk haalde ik mijn diploma! Uiteraard heb ik mijn begeleider deze opmerking op niet misverstane wijze nog eens terug gegeven.

Lees ook: Brief voor iedere ouder met een hooggevoelig kind

Slechts VMBO niveau

Terwijl ik de schoolleidersopleiding volgde werkte ik tijdelijk een dag in de week in een groep 8. De schoolkeuze kwam dichterbij en gesprekken over de te maken keuze ontstonden. Kinderen spraken er met elkaar over in de groep en ook wij als leerkrachten spraken er met hen over.

Op gegeven moment zag ik een jongen schoorvoetend toegeven dat hij waarschijnlijk naar het VMBO ging, waarop 3 anderen in lachen uitbarstten. Ik vroeg wat er te lachen viel. Ze vonden het maar raar en slecht dat hij ‘maar’ naar het vmbo ging. De betreffende jongen wilde liefst door de grond zakken en ik voelde met hem mee. Gelukkig bleef ik rustig en ik vroeg de kinderen in het algemeen op welke VO-school zij dachten dat ik gezeten had. Havo/ vwo riepen ze. Ik schudde ‘nee’, Gymnasium? Nee … Wat dan? Ik antwoordde VMBO … Die gezichten … Onmogelijk, want ik studeerde nu toch voor directeur PO?

Nuanceren en stof tot nadenken

Ik heb de kinderen uitgelegd dat je alles kunt worden als je het wilt en dat het soms misschien iets langer duurt maar dat er meerdere mogelijkheden zijn om ergens te komen. Ook dat je misschien ergens voor kiest maar er gaandeweg achter komt dat iets anders beter bij je past en dat mensen die met hun hart en handen werken heel belangrijk zijn en waarom. Ze waren stil, knikten en de jongen zat weer rechtop. Kinderen (en volwassenen!) kunnen keihard zijn; nuanceren, uitleggen en vooral stof tot nadenken geven zijn daarvoor belangrijk. Ik ben blij dat ik daarin een aantal keer een voorbeeld heb kunnen zijn en met mijn verhaal kinderen weet op te beuren waardoor hun neus weer de lucht in gaat en zij trots zijn op wat zij doen.

Ieder mens kan het verschil maken

Dit verhaal heb ik inmiddels al op 4 scholen gedeeld met groep 8-ers met steeds dezelfde verbazing en vervolgens knikkende nadenkende blik tot gevolg. Laten we nu eens stoppen neerbuigend te doen richting elkaar en een ieder in zijn waarde laten. Wat zou er gebeuren wanneer vakmensen, ambachtslieden en mensen die vanuit hun hart werken voor de medemens straks andere keuzes maken omdat ze anders niet geaccepteerd worden? Ik moet er niet aan denken. Ieder mens heeft het in zich het verschil te maken door zijn/ haar kwaliteit in te zetten.

Kies je eigen route door jezelf te zijn

Inmiddels is dit ‘mavomeisje’ trotse directeur van een basisschool met meer dan 300 leerlingen. Een schoolleidersdiploma, diverse cursussen en diploma’s van twee onderdelen van een masterprogramma op zak. Opgegroeid in een gewoon gezin waar het gebruikelijk was hard te werken en mijn vader een voorbeeld is geweest. Als je wilt kun je ver komen en zal je daar je best voor moeten doen, dat was zijn credo en dat heeft hij zelf dan ook gedaan.

Ik hoop dat het neerbuigende en negatieve vmbo-imago opgepoetst wordt zodat deze kinderen trots kunnen zijn op zichzelf en het beste zullen laten zien! En vooral dat zij mogen zijn wie ze zijn, niet op hun tenen hoeven lopen en hun eigen route mogen kiezen.

Dank Christel Hensema voor je mooie brief en boeiende voorbeeld van hoe je — ongeacht de weg er naar toe — dromen kunt waarmaken.